Net als frontman Bradford Cox is Deerhunter een beetje een vreemde eend in de bijt. Een favoriet onder muziekcritici, maar ze weten door hun ongepolijst en moeilijk te typeren geluid geen indruk te maken op het grote publiek. Met Fading Frontier is Deerhunter alweer toe aan hun zesde album, met tot nog toe een vrij consistente stijl die getypeerd wordt door het lo-fi geluid en de bedroevende teksten. Zal daar verandering in komen met Fading Frontier of zet Deerhunter de lijn voort?
Ik zal meteen met de deur in huis vallen: Fading Frontier is een teleurstellend album. Als ‘slecht’ wil ik het niet bestempelen, maar het mist een bepaalde originaliteit of spanning die muziek verdient. Het probleem met Fading Frontier is niet zozeer dat er vervelende nummers op het album staan. Het probleem is dat er te weinig memorabele tracks op staan. Zeker met een album dat slechts 9 nummers telt, is het belangrijk dat ieder nummer indruk weet te maken. Naast de onkarakteristiek funky single Snakeskin en het mooi ingetogen Carrion zijn er geen uitschieters op Fading Frontier te vinden.
Deerhunter – Snakeskin
Qua geluid blijft Deerhunter trouw aan hun lo-fi geluid. De productie is grof, maar dat is juist wat een Deerhunter liefhebber zal verwachten. Het uitstapje naar ‘Nocturnal Garage’ (zoals de band het zelf omschrijft) op het vorige album Monomania heeft de band achter zich gelaten. Fading Frontier klinkt een stuk toegankelijker met ditmaal de toevoeging van meer synthesizers en iets minder scherp gitaargeluid. Verder wil ik het geluid haast tam noemen. Op geen enkel punt brengt Deerhunter iets gedurfds of vernieuwends. Dit is jammer om te zien van een band die al tien jaar meedraait en keer op keer hoge ogen weet te gooien. De nummers hebben namelijk potentie, maar ze missen een eigen persoonlijkheid, waardoor ze op elkaar gaan lijken en tot de middelmaat vervallen.
Met Fading Frontier krijgen we tevens een luchtiger album dan voorheen voorgeschoteld. Zanger Bradford Cox is een typisch geval van een ‘gekwelde artiest’. Door een aangeboren bottenziekte, een eenzame jeugd en twijfels over zijn seksualiteit hebben de teksten en muziek van Deerhunter vaak een melancholisch en bedroefd geluid. Cox heeft op dit werk een stuk positievere uitkijk op het leven. Niet langer gaat het over de pijn of eenzaamheid die hij ervaart, maar lijkt hij zijn leven te aanvaarden zoals het is, en daar vrede mee te hebben, zoals te horen is op afsluiter Carrion. Door deze verschuiving in mentaliteit gaat er ook een emotionele lading verloren op Fading Frontier die vorige werken wel hadden. Uit zijn verdriet wist Cox creativiteit en schoonheid op te roepen. Hoewel het nu beter lijkt te gaan met de frontman, doet het de muziek in ieder geval geen goed.
Conclusie: Al met al is Fading Frontier een herkenbaar Deerhunter album. Daarmee is het wel een beetje gezegd. Hoewel we tekstueel gezien een nieuwe insteek te horen krijgen, is dit niet de vernieuwing waar men op zat te wachten. Het lijkt er op dat Deerhunter de tijd nodig zal hebben om zich muzikaal aan te passen aan deze positieve houding van Cox, waar het met Snakeskin al de juiste kant op lijkt te gaan. Hopelijk weet het viertal zich te herpakken na dit enigszins flauwe werk om terug te keren met een album dat creatiever voortbouwt op waar ze op Fading Frontier mee zijn begonnen.
Lekker plaatje hoor. Van mij krijgt hij toch 3,5 ster. Vooral het laatste nummer Carrion is heerlijk.