jun 132017
 

Heilige poep wat is het al lang geleden dat we iets gehoord hebben op rally-gebeid. Dirt 3 is god-weet-hoe-lang geleden uitgekomen en Dirt: Rally stamt alweer uit 2015. Die laatste versie werd vanwege de moeilijkheidsgraad verafschuwd door de meeste race-liefhebbers en de serie dreigde uit de bocht te vliegen. Weet Codemasters met Dirt 4 de grip weer terug te vinden en vol gas over de streep te knallen?

Codemasters heeft de kritiek van destijds goed in de oren geknoopt en zijn stinkende best gedaan niet alleen de hardcore sim-racer te pleasen, maar ook weer de (casual) gamer aan te spreken. De game laat er geen gras over groeien. Zodra je opstart krijg je meteen de keuze of je als ‘gamer’ de game wilt beleven of als ‘simulation’. Maak je geen zorgen, dit is ook nog naar hartelust aan te passen en ik moet je zeggen dat het op het hoogste niveau qua settings aan de ‘gamers’ kant alsnog behoorlijk uitdagend en pittig is. Ook kun je door allerlei tutorials en oefeningen je skills bijschaven, mocht je dat willen. Maar zoals het een echte kerel betaamt, heb ik dat natuurlijk niet gedaan.

Dirt 4 kent meerdere spelmodi zoals onder andere losse challenges, multiplayer (helaas geen splitscreen overigens) en freeplay waarin je je eigen stages kunt maken. Deze ‘your stage’ optie werkt geweldig! In een handomdraai wordt er een stage gegenereerd die volledig aangekleed is en aanvoelt alsof deze is ontworpen door een designer. Ook alle pacenotes (aanwijzingen van je co-driver) kloppen gewoon perfect. Erg knap!

De meeste voldoening haalde in toch eerlijk gezegd uit de career-modus. Uiteraard zul je je hierin door allerlei uitdagende race-events heen moeten worstelen en met je prijzengeld je wagenpark uitbreiden, upgraden en groeit je reputatie als racer. De events in de career-mode zijn opgedeeld in 4 disciplines: Rally, Landrush, Rallycross en Historic Rally. 

‘Rally’ bevat de de vette rallybakken van vandaag de dag. Verdeeld over 5 locaties (beetje karig overigens) kun je scheuren over asfalt, gravel, zand en sneeuw. De snelheidsbeleving is fantastisch en laat je daadwerkelijk vol adrenaline en klotsende oksels op het puntje van je stoel zitten. Met samengeknepen billen kneiterhard tussen de bomen en afgronden doorknallen terwijl de vlammen uit je pijp schieten, je moet het maar durven. Ook in de ‘gamer’-modus is de game behoorlijk onvergeeflijk en laten we eerlijk zijn, dat is niet echt gek, want vrijwel elk moment kun je je auto compleet kwijtraken en dodelijk verongelukken. Intense shit!

 

Bij ‘Landrush’ draait alles om pick-ups en buggy’s die door het zand in de zinderende hitte constant op zoek zijn naar grip in het mulle zand.  Dit zijn korte races met korte laps tegen anderen die je geen duimbreed toegeven en je bruut aan de kant beuken. Voor je het weet vlieg je de baan uit of rol je over de kop en is je race zo goed als voorbij. Je kunt wel verder, maar je haalt je tegenstanders niet meer bij. Lekker wat beuken uitdelen en incasseren is natuurlijk een welkome afwisseling ten opzichte van de rally’s, maar in deze klasse hebben ze het wel allemaal op jou voorzien en dat maakt het er niet altijd leuker op, omdat je vaak door andermans toedoen in de laatste lap alsnog je hele race verneukt en tja… er zijn controllers voor minder gesneuveld natuurlijk.

‘Rallycross’ is mijn persoonlijke favoriet. Dit zijn eveneens korte races, maar dan op asfalt met delen onverhard racen tegen anderen in wisselende weersomstandigheden. Wat deze races extra leuk maakt, zijn de zogeheten ‘joker laps’. Dit is een extra stukje baan, buiten de baan om, die je 1 keer verplicht moet maken. Je mag zelf bepalen wanneer je dit doet, maar je kunt ook luisteren naar je ‘spotter’, een stem in je oor die de boel voor jou in de gaten houdt en je adviseert op welk strategisch moment je dit kunt doen. Ook geeft hij aan hoeveel tienden je per lap sneller bent dan je eventuele voorgangers en schat hij in op welke positie je gaat eindigen. Erg vermakelijk.

 

De ‘histotic rally’-klasse heb ik het minst gedaan. Dit is in feite gewoon hetzelfde als de normale ‘rally’-klasse, alleen dan met oude, historische bakken. Ze zijn wat bruter qua vermogen en wat moeilijker te handelen, maar meer ook niet. Dit is echt een klasse voor de liefhebbers en daarom ook zeker fijn dat ‘ie er is.

Wat ook erg cool is in de ‘career’ is het managen van je team. Dit blijft niet beperkt tot wat kleurtjes op je waggie spuiten en de huidskleur van je poppetje uitkiezen gelukkig. Je zal ook engineers aan moeten nemen op hun kwalititeiten, sponsoren aan moeten trekken, je wagenpark uitbreiden, beter gereedschap voor je monteurs kopen en nog veel, veel meer. Het gaat soms zelfs zo ver dat bepaalde sponsoren met elkaar conflicteren en je uit verschillende logo’s kunt kiezen, zodat deze niet wegvallen tegen het kleurenschema van je wagen. Gelukkig is dit allemaal vrij basic, zodat het geen dagtaak wordt en je meer tijd kwijt bent aan het managen dan aan het racen.

Wat rallyrijden ook bijzonder maakt is het tussen de ‘proeven’ oplappen van je auto, want naast dat deze behoorlijk dirty wordt (pun intended) heeft deze door alle klappen ook behoorlijk wat te lijden. Dit kun je tussendoor heel specifiek per onderdeel laten maken, maar gelukkig bestaat er ook de optie ‘recommended repairs’, waardoor alleen het hoognodige gerepareerd wordt voor de volgende stage. De grondige repairs kosten meer tijd, maar ik moet je zeggen dat ik eigenlijk nooit in tijdnood ben gekomen of iets dergelijks, dus het is leuk voor de vorm, maar heeft niet echt effect.

De graphics in Dirt 4 zijn prima in orde. Het is niet het mooiste dat je oogbollen ooit zullen gaan aanschouwen, maar bepaalde elementen zijn mooi uitgewerkt. Denk bijvoorbeeld aan de rook uit je pijp of het hele blok dat je ziet hellen bij de buggies als bruut loopt te gassen voor de start. Het zijn kleine details, maar wel van belang in een goede racegame. Ook de avondritten in de bossen zien er heel dik uit. De graphics overdag in met name het bos zien er wel wat afgeraffeld uit. Dan is het ineens net of je weer achter je ps3 ziet, maar ach… De schademodellen van je afgeragde bak zien er een beetje komisch uit, maar het is wel tof dat je auto na zo’n helse rit helemaal in puin ligt en onder het zand en modder zit wat zich op je waggie heeft verzameld.

Last but not least is het geluid van de game echt superdik. Holy shit wat klinkt het alsof er engeltjes in je oren schijten wanneer je je auto vol in de toeren jankt en dan je gas loslaat en roggelend en vlammenschietend dikke knallen uit je pijp doet  brullen. Heerlijk!

Over geluid gesproken, de soundtrack is ook super. Tijdens het navigeren door de menu’s klinken lekker beats en scheurende gitaren die dan grappig genoeg in je tent ineens uit de radio lijken te komen als je aan je auto aan het sleutelen bent. Bij deze even een spotify-playlistje, speciaal voor jullie:

 

 

OORDEEL: Of je nu een hardcore sim-racer bent of meer en casual gamer, Dirt 4 biedt gewoon moddervette rally actie voor iedereen. Codemasters is er in geslaagd een perfecte balans te vinden en heeft zo, wat mij betreft, de beste rally game tot dusver afgeleverd. De graphics zijn prima, de actie intens en het geluid oorgasmisch (again, pun intended).

Deze game krijgt van mij 4,5 dikke sterren.

 

 Reageer