Had ik het vorige week nog over Horizon Zero Dawn en hoe uniek de setting is, komt een paar dagen The Legend of Zelda: Breath of the Wild uit, die extreem veel overeenkomsten vertoont. Zie ik er even stom uit. Of het toeval, lot of plagiaat betreft; mij hoor je niet klagen over twee AAA-titels die zo snel achter elkaar uit komen. Mijn relatie tot de Zelda reeks is een van bijna uitsluitend liefde. Echter heeft, deels door te hoge verwachtingen, het laatste grote deel Skyward Sword mij teleurgesteld achtergelaten. Nintendo had daar te veel elementen weggelaten of veranderd die voor mij cruciaal zijn bij een Zelda titel. Ook bij Breath of the Wild is veel veranderd, maar zal dit afdoen aan de Zelda magie?
PLOT: Allereerst heeft het verhaal een bijzondere insteek. Link wordt na een slaap van honderd jaar met geheugenverlies wakker. Onder de gevarieerde rassen die leven in het koninkrijk van Hyrule zijn er mensen die deze eeuw hebben overleeft en Link nog kennen. Dit zorgt voor een interessante dynamiek tussen de speler en personages die zich Link allemaal anders, positief of negatief, herinneren terwijl jij stukje bij beetje probeert na te gaan wat er tijdens jouw slaap is gebeurd. Een ding is in ieder geval duidelijk: Hyrule heeft betere tijden gezien en Ganon moet gestopt worden.
Zoals ik al kort noemde heeft Breath of the Wild veel gemeen met Horizon Zero Dawn. Ze hebben beide een onmiskenbaar verwilderde wereld die geplaagd wordt door technologie uit een andere tijd. Daarnaast zit het in de kleine dingen zoals dat beide helden pijl en boog gebruiken die verschillende elementaire schade kan aanrichten of zelfs iets als dat tijdelijke hartjes een gele kleur hebben. Andere spellen waar duidelijk inspiratie uit is geput zijn Dark Souls en Shadow of the Colossus.
Dark Souls is met name in het vechtsysteem terug te zien. Niet alleen in dat je nu toegang hebt tot verschillende soorten wapens, schilden (die slijten), en outfits die je allemaal tactisch moet inzetten, maar ook in de moeilijkheidsgraad. Breath of the Wild is namelijk allerminst een makkelijk spel. Binnen de eerste paar uur kreeg ik al vaker een ‘Game Over’ scherm te zien dan in andere delen in hun volledigheid. Je wapens gaan in het begin snel stuk en vijanden doen genadeloos veel schade. Hoe verder je vordert hoe beter je je zal kunnen weren tegen de grote hoeveelheid aan gevaren die je tegenkomt. Deels door het verwijderen van een roloptie, is het vechten zelf wel een stuk minder soepel dan in Dark Souls.
Zelfs de langst staande traditie van dungeons verkennen om een arbitrair voorwerp te verzamelen is volledig op zijn kop gezet. Het is jammer om veel en grote dungeons te missen, maar wat we er voor in de plaats krijgen maakt het grotendeels goed. Zo zijn er in totaal 100 shrines te vinden die zogenaamde trials bevatten; micro-dungeons die meer gericht zijn op puzzelen dan vechten. Dungeons zelf zijn vervangen door Divine Beasts, waar de invloed van Shadow of the Colossus duidelijk wordt. Ik kreeg hetzelfde machtige gevoel bij het benaderen en bestijgen van deze immense mechanische beesten als bij de kolossen.
Dit is verreweg de meeste verandering dat een Zelda spel heeft doorgemaakt. Je ziet het al aan het feit dat ik het meer met compleet andere spelreeksen vergelijk in plaats van met voorgaande Zelda titels. Weg is de urenlange tutorial waar niemand op zit te wachten, om ruimte te maken voor de eerste echte open wereld Zelda game. Niet langer is het de vraag ‘kan ik daar komen’, maar ‘hoe kom ik daar’. Breath of the Wild verwezenlijkt iets dat we er vroeger met onze inbeelding bij moesten bedenken; het verkennen van een echte, levende wereld met een gevoel van vrijheid dat ik nog niet eerder ben tegengekomen.
In iedere uithoek is iets te beleven of tenminste te genieten van een indrukwekkend uitzicht. Zo lang je maar hoog genoeg komt, kun je te allen tijde de volledige landkaart zien door de ongeëvenaarde view distance. Daarnaast is de hele wereld verbonden zonder laadtijden tussendoor, wat het gevoel van een levende omgeving compleet maakt. Het is dan ook bijzonder makkelijk om afgeleid te raken in het rijkelijk gevulde land. Zo kom je een verstopte trial tegen terwijl je met de main quest bezig bent, zie je een nieuwe Sheikah toren om te beklimmen, van daaruit vlieg je naar een onontdekt gebied waar je een minibaas tegen het lijf loopt, zie je weer een andere trial verbonden aan een dorpje met een kledingwinkel en waar had ik het ook alweer over?
Net zoals het ecosysteem in Breath of the Wild alles van een woestijn tot meerdere sneeuwgebieden, een vulkaanlandschap en moerassen bevat, is het ook niet altijd zonneschijn qua gameplay. kritieken die ik heb, hebben weinig te maken met de besturing of invulling van de wereld, maar zijn meer van een technische aard. Er zijn vreemde keuzes gemaakt in de knoppenindeling en menustructuren. Het eerste probleem zou makkelijk te voorkomen zijn als de vrijheid bestond om zelf knoppen te herindelen. De menustructuren had ik graag intuïtiever gezien. Zo heb je een vrij kleine inventaris voor je wapen, bogen en schilden. Vijanden laten altijd hun uitrusting vallen, dus je komt vaak spullen tegen die je wilt oppakken. Om spullen weg te gooien zal je altijd het menu in moeten duiken. Ook voor simpele zaken zoals voedsel eten om je hartjes aan te vullen of ingrediënten uitkiezen voor het koken van een maaltijd, moet je altijd handmatig het menu betreden. Het contrast tussen deze omslachtigheid met hoe naadloos verkennen is, doet de gebreken extra pijnlijk naar boven komen. Tot slot heeft het spel net vaak genoeg last van framedrops om hinderlijk te zijn en hebben paarden helaas weinig tot geen functie.
Oordeel: Er waait een frisse wind door Hyrule heen die oude elementen afvoert en een open veld aan mogelijkheden achterlaat. De veranderingen die zijn gemaakt slaan in als een sloopkogel, juist doordat het een immens lange serie betreft die aan veel tradities heeft vastgehouden. Zelfs als veteraan voelde het als een verademing om met Link op steile rotsen te klauteren en mij in algemene zin te laten verrassen door alles dat op mij afkwam. In het begin heb ik mij geërgerd aan de besturing, maar gezamenlijk met de kleine technische mankementen was ik er gewend aan geraakt. Er is simpelweg te veel plezier en avontuur te beleven om afgeleid te raken door een aantal inferieure menu ontwerpen. Waar Skyward Sword de vertrouwde formule slechts uit elkaar haalde, bouw je met Link in Breath of the Wild het weer naar eigen inzien op.